Gemeente Boekel zet koers richting een gezonde toekomst met nieuwe preventievisie
maandag 20 januari 2025 door Redactie inBoekel
De gemeente Boekel presenteert met trots de ‘Preventievisie Sociaal Domein 2024 – 2040’. De gemeente heeft onder de naam ‘Goed Beter Boekel’ aan inwoners en maatschappelijke partners gevraagd hoe zij een gezond, gelukkig en actief leven zien en wat zij daarvoor nodig hebben.
Met deze preventievisie kijken we naar de toekomst,” zegt wethouder Van Eert. “We willen problemen voorkomen en zorgen dat iedereen in onze gemeente in goede gezondheid kan meedoen, ongeacht leeftijd of situatie.”
De preventievisie als basis
De preventievisie (sociaal domein) vormt samen met de omgevingsvisie (fysiek domein) een vertaling van de vernieuwde toekomstvisie van de gemeente Boekel. De preventievisie is een visie waarmee de gemeente Boekel wil bijdragen aan een betere gezondheid, actief meedoen en meer geluk voor haar inwoners. Deze ambitie is samen met inwoners en maatschappelijke partners opgesteld. Het streven is een fijn en betekenisvol leven voor de inwoners, een sterke, inclusieve gemeenschap en een gezonde leefomgeving voor allen.
Meer kracht door samenwerking
De gemeente Boekel staat, net als veel andere gemeenten, voor uitdagingen zoals een vergrijzende bevolking, eenzaamheid en druk op de zorg. Met deze preventievisie wil de gemeente problemen voorkomen en zorgen dat iedereen de ondersteuning krijgt die nodig is. De gemeente werkt samen met partners zoals het Dorpsteam, GGD, Stichting Kwiek, KBO en andere maatschappelijke partners. Onder de naam ‘Goed Beter Boekel’ vormen zij een sterk netwerk.
Het vervolg
Vanaf 2025 worden uitvoeringsplannen opgesteld waarin staat wat de komende jaren precies gaat gebeuren. Het uitvoeringsplan 2025 – 2027 wordt naar verwachting begin 2025 aan het college voorgelegd.
“Met deze visie zet de gemeente Boekel een belangrijke stap richting een toekomst waarin inwoners samen met de gemeente en maatschappelijke partners bouwen aan een gezond, gelukkig en actief leven!”, aldus wethouder Van Eert.